Acht bruggen
Door: Dicky Dikken
Blijf op de hoogte en volg Dicky
03 September 2016 | Japan, Shikoku
Het is kwart voor zes als ik wakker word en om 5 over 7 gaat de trein. Makkie zul je denken maar ik ben een slow starter, eerst koffie en dan het resterende nog inruimen. Het luchtbed onder heet matrasje vandaan en je beddengoed in de wasmand. Voor het niet vergeten (ik word al wat ouder hé) hang ik het hoesje aan mijn bed zodat ik het kan zien. 20 voor 7 loop ik bepakt naar het station, koop een kaartje en 5 over ben weer ik weer op weg naar Shikoku. Het is een local train ?? x stoppen en ik ben om halfnegen in Onimichi. Alle plekjes zijn al bezet en ik zie er nog niet zo oud uit dat ze voor me gaan staan maar uiteindelijk weet ik een plekje te bemachtigen. Het traject dat ik ga lopen loopt over 6 eilanden van Onimichi naar Imabari. Onderweg passeer je 8 bruggen, sommigen van 1.500 m lang. Eronder ligt de druk bevaren route door de straat van?????? Het traject is ongeveer 60 km. Op dit moment voor mij te groot voor een dag en halverwege overnachten is ook geen optie. Er is een tyfoon op komst en die zal zondag of maandag aan land komen en dan wil ik niet op die bruggen zijn. Ik denk dat ik maar een paar stukjes, tussen de bruggen in, ga liften of met de bus. Het duurt minstens drie kwartier voor ik het eerste platteland zie, dat vaak weer wordt onderbroken door bebouwing van de steden, waar de trein dan stopt. Blijkbaar gaan ze hier zaterdags ook naar school, want het zijn weer hele groepen jongens en meisjes in uniform. Het is 1 uur en ik ben bijna op de helft. Ik zit voor de opgang van brug 4 de Tatara bridge een cola te drinken en mijn laatste stukjes sushi op te eten. Toen ik van het station afliep was het even zoeken naar de juiste weg maar ik heb hem gevonden. In de overdekte winkelstraat van Onomichi weet ik een fietskaart te scoren, die me ontzettend helpt. Over de zevende brug mogen geen fietsers, er is wel een smal paadje, waar je als wandelaar langs kan dus die neem ik maar. Als ik aan de overkant ben loop ik eerst een paar kilometer om weer op de gewone weg te komen. Op een stille weg steek ik mijn duim om hoog en binnen No time stopt een aardige mevrouw. Zo goed en zo kwaad probeer ik uit te leggen wat ik wil, ze wil me wel naar de volgende brug brengen. Ze belt zelf nog even of het is toegestaan of er wandelaars over de 7e Innoshima bridge mogen, maar dat is wel het geval. Bij het afzetten bedank ik haar en geef haar een mooi Hollands klompje, de “arigatos” (bedankjes) zijn niet van de lucht. Als ik midden op de brug een vrouw aanspreek en vraag of er aan de andere kant ook bussen zijn, zegt ze in gebrekkig Engels dat haar auto aan de andere kant staat en dat ze me wel naar de Ikuchi bridge wil brengen, ze draait om en loopt met me mee. Prachtige uitzichten heb je hier op de twee verdiepingen tellende brug. 1 voor auto's en een voor wandelaars en fietsen. Deze mevrouw loopt elke dag de brug op en neer, ik kan me er iets bij voorstellen. Je loopt in de schaduw, er staat een heerlijk windje en je hebt prachtige uitzichten. Ze rijdt me naar het punt, waar de fietsers naar boven gaan een ook deze vrouw verdiend een klompje en ook nu weer de bedankjes terug. De opgangen naar de brug dat zijn soms pittige kuitenbijters. Aangekomen op Ikuchima Island ga ik de stille kant om, 1 minuut de duim omhoog en er stopt een klein autootje. Als ik hem uitleg, aan de hand van de kaart, wat ik wil neemt hij me mee. Het is een echte alles kunner, met de ene hand telefoneert hij, met een andere telefoon speelt hij een spelletje en hij rijdt, maar dat doet hij goed. Halverwege moet hij wisselen van auto, hij telefoneert dan niet meer. Maar in deze auto wordt een video getoond. Japanse K 3 of zoiets, het zal mij een worst wezen hij brengt me naar bridge 4, Tatara bridge en daar zit ik nu. Kom ik stap maar weer eens op, ik heb nog 4 bruggen te gaan. Het is een hele aanloop om op de brug te komen ze liggen ongeveer op 50 meter hoogte en er worden hele omwegen gemaakt om ernaartoe te komen. Als ik denk wat af te snijden, zit ik voor ik het weet in de mandarijnen velden. Het pad dat over de bruggen loopt is gemaakt voor fietsers niet voor lopers dat merk je. Onderweg kom ik honderden wielrenners op racefietsen, maar ook op gewone fietsen. Het is een 70 km lange tocht, die over 6 eilanden en 8 bruggen gaat. Na brug nr. 3 heb ik na twee kilometer een lift, wel een heel vreemde. Nadat ik eerst wat bij een Lowsen (is ook een supermarktketen hier in Japan) heb gegeten, stopt een klein autootje, als ik vraag of ik mee kan rijden doet hij heel moeilijk. Hij probeert me te vertellen dat ik de verkeerde kant uit loop maar dat dringt pas later tot me door. Hij neemt me mee en 500 m later stop hij bij een supermarkt. Ik denk dat hij wat wil halen, maar hij vraagt de weg en loopt met me mee om me op de goede weg te zetten. Het is echter de weg terug. Als hij daarachter komt zegt hij dat ik moet wachten en loopt hard weg. In de verte zie ik eenzelfde soort autootje de andere kant op rijden, die denkt natuurlijk laat die rare Holander maar. Na goed navigeren en slim nadenken kom ik op de goede weg. 1 km later komt me een autootje achterop, hetzelfde mannetje die de weg is wezen vragen is weer teruggekomen. Wat lief. Hij brengt me naar de volgende brug en ook hem valt een klompje ten deel. We wisselen nog kaartjes uit allemaal erg vriendelijk en gemeend. Brug 3 is niet één van de langste bruggen 328 m wel te verstaan. Wel is het weer klimmen om bij de brug te komen en dalen om naar beneden te gaan. De 6 km op Hakatajima Island loop ik helemaal, ik probeer het wel maar het lukt niet. Je kan ook niet altijd geluk hebben. Het is inmiddels vijf uur en ik begin het eind in de bek te krijgen om het zo maar te zeggen. Ik ben vanmorgen begonnen met mijn nieuwe loopsandalen en daar begint me op de bal van de voetbalclub een heerlijke blaar te vormen. Hakato- Osshima bridge is weer een flinke jongen van 1.165 m excl. op en afritten. Op het laatste eiland heb ik geluk na twee kilometer stopt er een tomatenboer, met wenkbrauwen van twee cm lang. Ik kan hem niet verstaan, maar hij ratelt aan een stuk door. Hij brengt me wel helemaal tot aan de laatste brug, zijn baas heeft daar een soort restaurant, waar mensen de ondergaande zon komen te zien. Van hem krijg ik nog een fles heerlijk koud water wat me zichtbaar goed doet. Ik heb vandaag wel vier liter gedronken en ben maar een keer naar de wc geweest, dan weet je wel hoe ik zweet. De laatste brug bestaat uit drie flinke jongens, met elkaar is het meer dan 5 km en halfzeven loop ik van de laatste brug Shikoku weer binnen. De laatste bus rijdt net voor mijn neus weg en dat betekent dat ik naar het treinstation moet lopen. Of het komt door de vermoeidheid of de blaren, er zijn er spontaan drie bij gekomen en die beginnen op te spelen, ik loop weer eens een km te ver. Een lieve mevrouw, die aan het wandelen is loopt helemaal met me mee om me op de juiste plaats te droppen. Ze heeft geen verstand van treinen, want ze zet me op de verkeerde kant van het spoor. Als de trein, precies op tijd op het andere spoor aankomt moet ik een sprintje trekken om op tijd te zijn. In Imabari City probeer ik een hostel, maar dat zit helemaal vol. Ik word verwezen naar het tegenover liggende hotel, iets duurder maar ik kan er bijkomen. Ik ben helemaal op we moeten, maar zien hoe het morgen gaat mijn ogen vallen haast dicht mensen lk duik er in trusten.