Maandag 4 november
Door: Dicky
Blijf op de hoogte en volg Dicky
05 November 2019 | Peru, Arequipa
Zo nu en dan word ik half wakker van een hobbel of dat de bus een keer flink moet remmen, maar ik ben niet ontevreden als ik om 5 uur wakker word. Langzaam zie je meer mensen ontwaken en als het rond 6 uur licht wordt, kijk ik naar buiten in een mistige zandbak met zo nu en dan een blik op de oceaan. Later wordt het groener en passeren we een aantal flinke rijstvelden. We blijken al bij Camana te zijn, dus heb ik de Nazca stop blijkbaar gemist. Dan gaan we de bergen in en dat merk je ook aan de oortjes en aan het tempo van de bus. Nu komt dit ook omdat er vrachtwagens voor zitten en die houden de boel aardig op. Ik zie heel wat kruizen langs de weg staan en dat zijn niet allemaal Maria beeldjes, maar het zal zeker goed komen. Als we het binnenland in gaan, wordt het helderder en worden het landschap aanmerkelijk mooier. Rotspartijen afgewisseld met stukken groen en zo nu en dan een dorpje. Als ontbijt krijgen we 1 broodje en een kop koffie dat houdt niet over, volgende keer wat meer zelf meenemen. Dan komen we in een gebied, waar delfstoffen worden gewonnen, ijzer e.d. Daar zie je ook grote fabrieken van buitenlandse bedrijven en die zien er heel wat anders uit dan de Peruaanse bedrijven. De bus brengt ons naar een hoogte van 2.500 M daar ligt Arequipa. Eerst nog allemaal industrie en dan worden we aan de kant van de stad uitgelaten. Na wat onderhandelingen, heb ik een taxi die me naar het oude centrum brengt. Omdat hij het laatste stuk niet mag rijden moet ik dat stukje lopen. In een winkelstraat midden in het centrum is een smal deurtje, waar ik naar binnen ga en de trap op. Ik check me bij de balie in en kan gelijk door naar mijn kamer. Wel moet ik op een lijst nog mijn gegevens opschrijven en zie dat de oudste op de lijst 31 is ja wat zal ik zeggen ouwe gek. Ik breng mijn rugzak naar de kamer, zie even op het mooie dakterras en ga dan als de wiedeweerga naar beneden om een heerlijke bak Starbucks koffie te halen. Daarna loop ik het grote plein op, een schitterend plein met een mooie kathedraal, maar niet gratis dus bekijk het maar, ik ga die katholieken niet spekken. Ik doe een ommetje om een paar blokken en kom in een wijkje met allemaal winkeltjes en marktjes. Ik koop er zonnebrand en een paar sokken voor in mijn normale schoenen. Daarna is het nog even goed uitkijken, welke kant ik op moet want als je die marktjes uitkomt ga je zo de verkeerde kant op. In het hostel haal ik al mijn spul uit de rugzak en stop alleen het nodige weer terug. Ik wil zien of ik morgen een stuk van een 5400 m hoge berg op kan lopen en dan hoef ik niet alle shit mee te nemen. Na een douche loop ik nog even de stad in om te lunchen en ik zie bij een uithangbord een soort van patatje speciaal. Ik bestel één en de jongen achter de toonbank raadt mij aan om een bepaald saus te nemen, als ik een hap neem zie ik ze in de spiegel lachen, de saus is verrekte heet maar ik laat me niet kennen. Als ik naar buiten loop zeg ik lachend “lekker saus” ze lachen. Ik neem een biertje op het dakterras, maar niet voordat ik wat warms aan heb gedaan. En dat warme is nog niet warm genoeg, want het koelt hier ontzettend snel af. Ik denk dat ik nog maar even een trui koop. Een beetje een teleurstelling, het blijkt dat het niet echt veilig is om naar die berg Misti te gaan in verband met de arme wijken die er rond liggen, ik weet niet wat ik hier van moet denken .Ik ga nog maar even de stad in misschien is het daar wat warmer dan op de rooftop en dat is het inderdaad. Ik loop nog wat winkeltjes in, ontdek een supermarkt waar ik wat spul voor morgen kan kopen en ga eten bij een, ja wat is het? Een Chinees, een Thai of een Peruaan, ik krijg een bord vol met nasi, bami en patat. Het smaakt voortreffelijk dus ik zeg een 9. Daarna kijk ik nog even op het plaza de armas Arequipa en daar is het nog gezellig druk. Aan de kant van de weg ligt een oud vrouwtje slapend te bedelen, elke keer als ze iemand hoort langskomen gaat het bekertje omhoog. Althans ik denk dat het een oud vrouwtje is. Ik neem een foto en doe toch maar wat in het bekertje, ze komt niet eens omhoog. Ik ga pitten het is bijna negen uur en ik heb het wel gehad. Mijn spul ligt klaar voor morgen en op het dakterras is nog een flinke party gaande, dus ik zou zeggen tot morgen.